Het onderzoek: fysiologische en affectieve voorspellers van verandering in relatietevredenheid


Het onderzoek: fysiologische en affectieve voorspellers van verandering in relatietevredenheid

Van 1980 tot 1983 werkten Dr. John Glory en zijn goede vriend en collega Dr. Robert Levenson samen om de fysiologische en affectieve voorspellers van verandering in relatietevredenheid te bestuderen. Fysiologische voorspellers (zoals hartslag, pulstransmissie en huidgeleiding) werden waargenomen en gemeten als niveaus van fysieke opwinding bij proefpersonen, terwijl affectieve voorspellers werden waargenomen in gedragingen die de aanwezigheid van verschillende emoties en stemmingstoestanden aangeven. In deze studie hebben drs. Glory en Levenson probeerden te ontdekken welke fysiologische en affectieve signalen konden worden gebruikt om de verandering in de relatietevredenheid van een paar over een periode van 3 jaar te voorspellen.


In 1980 werden 30 echtparen geworven door middel van krantenadvertenties en waren gepland voor drie laboratoriumsessies. De eerste sessie was gepland op een moment waarop het stel elkaar minimaal 8 uur niet gesproken zou hebben. Deze sessie bestond uit twee gesprekken van 15 minuten, elk voorafgegaan door een pre-interactionele baseline van vijf minuten waarin ze in stilte zaten. In het eerste gesprek werd het paar gevraagd om de 'gebeurtenissen van de dag' te bespreken alsof ze aan het eind van de dag alleen thuis waren.

In het tweede gesprek bespraken ze een conflicterend probleemgebied in hun huwelijk. In de tweede en derde sessie keerde elke echtgenoot afzonderlijk terug om de videoband van de interactie van de eerste sessie te bekijken. Een continue beoordeling van het effect werd verkregen door de echtgenoot een beoordelingsknop te laten manipuleren die een 9-puntsschaal doorkruiste (verankerd door zeer negatief en zeer positief aan de extremen en door neutraal in het midden). Echtgenoten kregen de opdracht om de wijzerplaat zo vaak als nodig aan te passen, zodat deze altijd weerspiegelde hoe ze zich tijdens de interactie voelden. Een laboratoriumcomputer hield de stand van de wijzerplaat continu in de gaten en berekende elke 10 seconden een gemiddelde.

Tijdens de basislijnen en interacties van de eerste sessie werden van elke echtgenoot vier fysiologische metingen verkregen: (a) hartslag, gemeten door het interbeat-interval (IBI); (b) pulstransmissietijd (PTT) naar de vinger; (c) huidgeleidingsniveau (SCL); en (d) algemene somatische activiteit (ACT), een globale maatstaf voor lichamelijke beweging. De laboratoriumcomputer hield deze fysiologische variabelen continu in de gaten en nam er elke 10 seconden een gemiddelde van.

In 1983 konden de onderzoekers contact leggen met 19 van deze paren om de verandering in hun relatietevredenheid in de afgelopen 3 jaar vast te stellen.


hun bevindingen

Een breed gebaseerd patroon van fysiologische opwinding (bij beide echtgenoten) in 1980 bleek een afname van de huwelijkstevredenheid te voorspellen - hoe meer fysiologisch het paar opgewonden was tijdens de interacties van 1980, hoe meer hun huwelijkstevredenheid afnam in de volgende 3 jaar.

Verschillende effectieve variabelen voorspelden ook een afname van de huwelijkstevredenheid, waaronder een uitgesproken geslachtsverschil in de wederkerigheid van negatieve gevoelens: de echtelijke tevredenheid nam het meest af wanneer echtgenoten het negatieve affect van hun vrouw niet beantwoordden, en wanneer vrouwen het negatieve affect van hun echtgenoten wel beantwoordden.


Met andere woorden, echtparen werden minder tevreden in het huwelijk als vrouwen reageerden op het feit dat hun echtgenoten van streek waren, en hun echtgenoten NIET reageerden op het feit dat hun vrouwen van streek waren.

Drs. Glory en Levenson bespreken deze verrassende bevindingen uitgebreid in hun onderzoek, dat u hier zelf kunt lezen.


Hier is een samenvatting. Het bewijs wijst op de volgende redenen voor dergelijke resultaten:

  • In ontevreden huwelijken hebben mannen de neiging om zich emotioneel (stonewall) terug te trekken in negatieve interacties, terwijl vrouwen emotioneel betrokken blijven. Mannen tonen ook minder genegenheid, terwijl vrouwen genegenheid blijven tonen.
  • De experimentele gegevens geven aan dat de emotionele terugtrekking van een echtgenoot in ontevreden huwelijken alomtegenwoordig is. Naarmate de man zich terugtrekt van zijn vrouw, vertoont ze meer negatief affect. Je zou deze tweedeling kunnen beschouwen als een teken van de eerste pogingen van zijn vrouw om haar man terug in de relatie te krijgen.
  • De echtgenotes in het onderzoek bleken meer afgestemd op de kwaliteit van emotionele uitwisseling. Naarmate de huwelijkstevredenheid afnam, leek de interactie tussen het paar het specifieke gedrag van elke partner te versterken. De tegenwerking van de man maakte de vrouw ontevredener, haar negatieve affect nam toe, waardoor haar man zich minder tevreden voelde met de relatie.

Als deze vicieuze cirkel eenmaal is begonnen, is het moeilijk om te stoppen, maar er is geen reden om je zorgen te maken. Gelukkig stelt Dr. Glory's tientallen jaren van onderzoek naar aanleiding van deze studie hem in staat methoden te ontwikkelen die je kunt gebruiken om deze cyclus volledig te vermijden. Of je je nu vrij voelt of vastzit in een neerwaartse spiraal, deze cyclus kan voorgoed worden overwonnen door de praktische vaardigheden van Glory Method Therapy. Bekijk het bestverkochte boek van Dr. Glory, The Seven Principles For Making Marriage Work.